Begrippen Technische leidraden
q
x
y
Weerd
De uiterwaard langs onbedijkte riviertrajecten zoals die onder meer in het zuidelijke Maasdal en het dal van de Overijsselse Vecht voorkomen.
Wel
Geconcentreerde uitstroming van kwelwater, bijvoorbeeld door een opbarstkanaal of een gat in de afdekkende kleilaag of langs een object in de afdekkende laag.
Werklijn
De relatie tussen de daadwerkelijke rivierafvoer en de rekenkundig bepaalde overschrijdingsfrequentie van deze afvoer.
Wet op de waterkering
Voormalige wet (aangenomen in 1996) met diverse bepalingen over het beheer, het onderhoud en de aanleg van waterkeringen. Ook de verantwoordelijkheden van de verschillende betrokken partijen, de normen waar waterkeringen aan moeten voldoen en het verplichte toetsen van de waterkeringen waren hierin vastgelegd. De Wet op de waterkering is opgegaan in de Waterwet (2009).
Wiel
Ontgrondingskuil direct achter of voor een dijk ontstaan bij een dijkdoorbraak waar de dijk in een kronkel omheen ligt. Het wiel is dan een meertje geworden.
Windgolven
Golven, ontstaan door de wrijving en drukwerking van de lucht over het water.
Windklimaat
Gemiddelde en variabiliteit van windsnelheid en windrichting.
Windopzet
Lokale waterstandverhoging als gevolg van de door de wind op een watermassa uitgeoefende kracht. Ook wel aangeduid als opwaaiing.
WINKUST2000
computerprogramma voor duinveiligheidsberekeningen.
Winterbed
Deel van de rivierbedding tussen zomerbed en bandijk.
WL
Waterloopkundig Laboratorium.
Wow
Wet op de waterkering.
Wrijving
Bijdrage aan de weerstand tegen toplaaginstabiliteit doordat bij onderlinge beweging van naast elkaar liggende toplaagelementen een kracht wordt opgewekt.
WRO
Wet Ruimtelijke Ordening.
Zandasfalt
Warm bereid asfalt met gegradeerd zand en een ondermaat aan bitumen, dat een hoog percentage holle ruimte heeft.
Zandbalans
Staat van de hoeveelheid zand in een balansgebied. Als ergens meer zand wegspoelt dan wordt afgezet, is er sprake van een negatieve zandbalans.
Zandbank
Zandige ondiepte in de zee of op de vooroever.
Zandgolf
Zich in voordelta’s en langs de kust voortbewegende erosie- en sedimentatiezones; ook: grote ribbels in een zandige zeebodem.
Zandhonger
Het verdwijnen van zandplaten, schorren en slikken langs de kust door veranderingen in de waterhuishouding. Stormvloedkeringen zoals de Oosterscheldekering, verstoren het natuurlijke proces waarbij zand vanuit zee door de getijdenstromingen wordt toegevoegd aan de kust.
Zandmeevoerende wel
Wel, die zand meevoert uit de (onder)grond. Kan zo onbeheersbaar worden dat piping optreedt.