Van een raai naar een serie raaien
Tot nu toe is er aangegeven hoe een ‘veiligheidstoets’ per dwarsprofiel dient te worden uitgevoerd. In figuur 11 is een situatie geschetst van een stuk kust in bovenaanzicht met een aantal dwarsprofielen (JARKUS-raaien). De ‘veiligheids-
toets’ per dwarsprofiel heeft een bevredigend resultaat opgeleverd; de maatge- vende afslagpunten liggen alle voldoende ver van de achterkant van de duinen; er kan ook nog een grensprofiel worden ingepast. Niettemin baart in het bijzonder de situatie in dwarsprofiel 2 zorgen. Er kan immers worden verwacht dat er van enige herverdeling van zand in langsrichting sprake zal zijn. Dat leidt ertoe dat in dwars- profiel 2 wat meer afslag zal optreden (en in de doorsneden 1 en 3 wat minder) dan de berekening aangeeft. In voorkomende gevallen dient de beheerder naar bevind van zaken maatregelen te treffen.
Figuur 11. Serie dwarsprofielen en herverdeling in langsrichting
De JARKUS-profielen vormen de basis van de ‘veiligheidstoets’. De onderlinge afstand van de JARKUS-raaien bedraagt 200 - 250 m. De beheerder dient zich er in voorkomende gevallen van te vergewissen dat er zich tussen de JARKUS-raaien geen ‘onveilige’ situaties voordoen. Pas na een dergelijk onderzoek en een positief resultaat, kan de gehele duinwaterkering als ‘veilig’ worden aangemerkt.