Gewenste nauwkeurigheid van parameterinformatie:
Afhankelijk van de ontwerp- of toetsfase kunnen verschillende eisen worden gesteld aan de nauwkeurigheid van te verkrijgen informatie; dit geldt in het bijzonder voor informatie over de ondergrond, omdat die moet worden ingewonnen door relatief duur grondonderzoek.
Bij het ontwerp kunnen we voorontwerpfase en de feitelijke ontwerpfase onderscheiden, bij veiligheidstoetsing de globale ‘eerste’ toetsing, de gedetailleerde toetsing en de geavanceerde toetsing in het kader van het Toets op maat.
Doel van de voorontwerpfase is om na te gaan of een beoogd globaal ontwerp dat voldoet aan gestelde randvoorwaarden m.b.t. financiën, ruimtelijke inpassing, etc. en veiligheid ook technisch/constructief realiseerbaar is. Daarbij dienen de risico's op mogelijke problemen in latere ontwerpfasen en de consequenties ervan te kunnen worden onderkend. Ten aanzien van de benodigde informatie over de ondergrond betekent dit dat inzicht moet bestaan in de globale opbouw van de ondergrond (zandpakketten en klei/veenpakketten), globale indicaties van pakketdikten en materiaaleigenschappen en aanwijzingen omtrent het al dan niet voorkomen van locaal ongunstige afwijkingen, zoals met zand opgevulde geulen dwars op de waterkering. In het algemeen zal in de voorontwerpfase uitgegaan worden van op grond van de beschikbare informatie aannemelijk veilige uitgangspunten ten aanzien van de ondergrondopbouw en grondeigenschappen. Naarmate meer en betere informatie beschikbaar is zal daarbij minder veiligheidsmarge nodig zijn (zie ook hoofdstuk 9 voor wat betreft de schematisering van de ondergrond). Bij niet uit te sluiten aanwezigheid van locale heterogeniteiten die het ontwerp sterk kunnen beïnvloeden, zal gekeken moeten worden welke technische oplossingen locaal mogelijk zijn en of die, gezien de randvoorwaarden acceptabel zijn.
Doel van de feitelijke ontwerpfase is uiteraard het definitief vaststellen van de afmetingen van het ontwerp. De gewenste nauwkeurigheid van detailinformatie over ondergrondopbouw en materiaaleigenschappen is niet gemakkelijk op voorhand aan te geven. Algemeen uitgangspunt voor de ontwerpberekeningen is dat op basis van de beschikbare informatie veilige berekeningsparameters worden vastgesteld. Nauwkeuriger informatie kan leiden tot
gunstiger keuzes van de berekeningsparameters. De afweging die gemaakt moet worden is of de extra kosten voor het verkrijgen van die nauwkeuriger informatie leidt tot voldoende besparingen of anderszins voordelen in het ontwerp.
Bij globale eerste toetsing van een waterkering is de situatie vergelijkbaar met de voorontwerpfase. Doel hiervan is om na te gaan of en welke mogelijke mechanismen en op welke plaatsen een relevante veiligheidsbedreiging kunnen inhouden, en derhalve in een gedetailleerde toetsing nader moeten worden bekeken. Bij de gedetailleerde en geavanceerde toetsing zal op die plaatsen voor die mechanismecontroles voldoende informatie over grondeigenschappen moeten worden ingewonnen. De gewenste nauwkeurigheid hangt weer sterk samen met de vraag hoe groot de kans is dat nauwkeuriger informatie zal leiden tot gunstiger toetsresultaten.
Deze denkwijze impliceert dat inwinnen van informatie via detail grondonderzoek en het feitelijke ontwerpen of toetsen een iteratief proces is. In de praktijk speelt natuurlijk mee dat slechts een beperkt aantal iteratieslagen haalbaar zal zijn, al was het maar vanwege beperkingen aan de doorlooptijd van het ontwerpproces.