Zijdelingse toestroming Rijn, Maas en Vecht
De toename van de neerslag als gevolg van de klimaatverandering zal ook invloed hebben op de zijdelingse toestroming langs de Rijntakken, de Maas, Vechtdelta. In de KNMI 2006 scenario’s worden voor de neerslag verwachtingen gepresenteerd voor het jaar 2050 en 2100, zoals weergegeven in Tabel 9.3.
Vooralsnog wordt er van uitgegaan dat de toename in zijdelingse afvoer voor de relatief kleine stroomgebieden gelijke tred houdt met de toename in neerslag. Dat betekent dat voor de warme scenario’s W en W+ rekening gehouden zou moeten worden gehouden met een toename van de zijdelingse afvoer tussen de 8 en 12% in 2050. Door maatregelen in het lokale stroomgebied kan de toename worden verminderd. In de lange termijnvisies van de Rijn (PKB Ruimte voor de Rivier) en de Maas (IVM 2) wordt als uitgangspunt gehan- teerd dat door maatregelen in het lokale stroomgebied geen toename zal ontstaan van de zijdelingse toestromingen. Dit is in overeenstemming met de afspraken in het Nationaal Bestuursakkoord Water. Daarin is afgesproken dat de waterbeheerders zich verplichten de gevolgen van klimaatverandering voor het regionale systeem primair binnen het regionale systeem op te lossen.
Samengevat: voor de zijdelingse toestroming behoeft geen rekening gehouden te worden met de toename ten opzichte van de in 2006 vastgestelde waarden bij de berekening van de thermometerrandvoorwaarden 2006 (van Velzen et al. 2007a,b, de Waal 2007 en Beijk, 2007).