De eventuele invloed van een weg op het waterkerend vermogen van een dijk betreft enerzijds de belasting door verkeer anderzijds mogelijke erosie bij de aansluiting van het wegdek op de bermen en kwel door de fundatie van de weg. Hieronder is aangegeven welke stappen doorlopen moeten worden om de invloed te kunnen toetsen.
stap 1 - belasting
Het eerste aandachtspunt betreft de macro-stabiliteit van de dijk met inachtneming van de verkeersbelasting.
stap 2 - kwel, erosie en micro-stabiliteit
Wanneer de wegfundering onder het ontwerppeil ligt moeten voorzieningen zijn getroffen zodat er geen kwel door deze lagen kan optreden. De wegconstructie en bekleding moet zodanig zijn ontworpen dat er geen water via de weg in de dijk loopt. Met name de aansluiting van de weg met de grasmat van de dijk is een erosiegevoelig punt dat aandacht verdient. Wordt voldaan aan stap 2, dan naar stap 4. Zo niet, dan naar het vakje "uitzondering" stap 3.
stap 3 - uitzondering
In gevallen waarbij met behulp van de voorgaande regels in eerste instantie geconstateerd wordt, dat de weg niet kan worden gehandhaafd, is er de mogelijkheid om deze bij uitzondering toch toe te staan. Eis hierbij is dat dit gebeurt op basis van een goed onderbouwde studie, eventuele aanpassing van de wegconstructie en/of het toepassen van beheersmaatregelen.
stap 4 - controle en beheer
Voor wegen is de aangewezen weg om via een vergunningenbeleid aanleg en onderhoud (reconstructie) te reguleren waarbij rekening wordt gehouden met nog uit te voeren dijkversterkingswerkzaamheden.