Zoeken in deze site

Opbouw grondlichaam en drainagevoorzieningen - Optimalisatie van het dwarsprofiel

Opbouw grondlichaam en drainagevoorzieningen

Aspecten als macrostabiliteit en microstabiliteit (zie hoofdstuk 5) zijn in hoge mate afhankelijk van de waterspanningen (zie § 4.5 en § 4.6) in het dijklichaam, en daarmee indirect van de opbouw van het dijklichaam. Zo zal, bijvoorbeeld bij een kleidijk op een zandondergrond, piping een probleem kunnen vormen. In het geval van een zanddijk op een zandondergrond kan piping géén probleem zijn, maar kan de waterstand in de dijk zodanig hoog worden dat stabiliteit in gevaar komt. Door een goede afstemming tussen de opbouw van de ondergrond en de aan de orde zijnde faalmechanismen kan ook in de opbouw van het dijklichaam worden geoptimaliseerd. Gedacht moet worden aan het wel of niet aanbrengen van een extra dikke kleibekleding op het buitentalud (om de freatische lijn laag te houden), het wel of niet afsluiten van het dijklichaam op de zate, het al dan niet kiezen voor een open buitenteen of juist een drainage in de binnenteen, etc.

Bron

Technisch Rapport Waterkerende Grondconstructies (P-DWW-2001-045)

Hoofdstuk
Optimalisatie van het dwarsprofiel
Auteur
Asperen L. van, E.O.F. Calle, J.R. Deutekom, E. van Hijum, G.J.C.M Hoffmans, R.H.J. Kremer, B.A.N. Koehorst, M.T. van der Meer, J. Niemeijer, M.A. Van
Organisatie auteur
Fugro Ingenieursbureau B.V., Arcadis Heidemij Advies B.V., Grontmij, Ingenieursbureau Amsterdam en Infram.
Opdrachtgever
Technische Adviescommissie voor de Waterkeringen
Verschijningsdatum
Juni 2011
PDF

Over versie 1.0: 29 juni 2018

Tekst is letterlijk overgenomen uit brondocument.