Zoeken in deze site

Selectie van het monster - F. Bepaling van de horizontale en verticale krimp

Selectie van het monster

In deze methode wordt bij voorkeur een cylindrisch monster gebruikt, waarvan de hoogte bij benadering gelijk is aan de diameter. Gezien de aanwezigheid van grove delen dient de diameter minstens 50 mm te bedragen. Het monster kan worden verkregen zoals beschreven in hoofdstuk 3.4 en appendix A. Bij bosveen dient zo mogelijk een monster te worden genomen, dat op het oog geen takjes of stukjes hout bevat, omdat deze de meting zullen verstoren. Het is echter mogelijk dat de aanwezigheid van het hout pas bij droging naar voren komt; hiervan dient aantekening te worden gemaakt.

Bron

Technisch Rapport Geotechnische classificatie van veen (TR-16)

Hoofdstuk
F. Bepaling van de horizontale en verticale krimp
Opdrachtgever
Technische Adviescommissie voor de Waterkeringen
Verschijningsdatum
Juni 1996
PDF

Inhoudsopgave

Over versie 1.0: 29 juni 2018

Tekst is letterlijk overgenomen uit brondocument.