Verontreinigingen
Verontreinigingen in de klei, hetzij al aanwezig op de winplaats. hetzij tijdens winning, transport of verwerking in de klei gekomen, kunnen het functioneren van de klei nadelig beïnvloeden. Meer specifiek kunnen verontreinigingen genoemd worden zoals puin, hout, wortels en andere delen van planten, plastic en dergelijke. De functionele eigenschappen van de klei. zoals erosiebestendigheid, waterdichtheid en vormvastheid, zullen met dergelijke verontreinigingen aanzienlijk slechter worden. Klei mag derhalve geen van deze verontreinigingen bevatten in zodanige hoeveelheden dat deze schadelijk zijn voor de constructieve toepassing van de klei.
De opzet en werkwijze bij winning, opslag en transport dient erop gericht te zijn dat verschillende materialen gescheiden blijven. Vooral het voorkomen van zandige lagen in kleiconstructies verdient de nodige aandacht. Hierbij kan gedacht worden aan de volgorde van uitvoering en het aanbrengen van kleilagen op een zandonderlaag. Het zal duidelijk zijn dat zichtbare zandlenzen en zandlagen niet in klei mogen voorkomen. Wanneer een deel van een partij klei zandinsluitingen bevat zal dat deel van de klei bij de beoordeling of de keuring als een deelpartij moeten worden beschouwd en kan dan gerichter bemonsterd worden.
Ten aanzien van chemische verontreiniging dient de te verwerken klei te voldoen aan de mitigerende regelgeving op dat gebied. Het onderhavige rapport gaat niet in op dit onderwerp.