De primaire waterkeringen moeten, overeenkomstig de Waterwet, worden getoetst op veiligheid. De wijze waarop getoetst moet worden staat weergegeven in het vigerende Voorschrift Toetsen op Veiligheid Primaire Waterkeringen. In het VTV2006 zijn echter geen toetsregels opgenomen voor breuksteenbekledingen. In dit katern van Deel 4 van de Handreiking Dijkbekledingen wordt een overzicht gegeven van de (technische) eisen en rekenregels voor zowel overlagingen met losse breuksteen als teenbestortingen, plasbermen en onderwatertaluds.
De functie van de breuksteenoverlaging is bescherming van de onderliggende steenzetting tot en met de maatgevende omstandigheden.
Er zijn drie soorten breuksteenoverlagingen van steenzettingen. Deze drie soorten verschillen constructief zodanig dat voor alle drie een afzonderlijke rekenmethode geldt:
-
Losse breuksteen: methode afgeleid van de formules van Van der Meer voor de stabiliteit van breuksteen onder golfaanval;
-
Patroon-gepenetreerde breuksteen: methode afgeleid van de formule van Pilarczyk voor de stabiliteit van breuksteen onder golfaanval;
-
‘Vol en zat’ gepenetreerde breuksteen: methode afgeleid van de rekenmethode voor de stabiliteit van plaatbekledingen onder golfaanval.
Voor de toetsing van (patroon) gepenetreerde breuksteen wordt verwezen naar de rekenregels in het deel Asfaltbekledingen van deze Handreiking. Alleen losse breuksteenbekledingen worden in dit deel Breuksteenbekledingen behandeld.