Een teenbescherming in de vorm van een asfaltslab wordt aangelegd om een waterkering te beschermen tegen ontgrondingen. Ontgrondingskuilen ontstaan geleidelijk ten gevolge van langsstroming of plotseling tijdens een zware storm door een combinatie van golfaanval en langsstroming. Door langsstroming wordt zand van de vooroever naar een andere locatie getransporteerd. Een teenbescherming moet zo zijn aangelegd dat de rand van de slab tot de bodem van de ontgrondingskuil reikt op het moment dat de ontgronding haar evenwichtsdiepte heeft bereikt. Scheuren van de slab moet worden voorkomen, omdat scheurvorming tot gevolg heeft dat de ontgronding zich ter plaatse van de scheur weer kan voortzetten. Daarom is het noodzakelijk dat de slab een grote flexibiliteit bezit. Een teenbescherming in asfalt wordt daarom meestal van asfaltmastiek gemaakt. Een teenbescherming van open steenasfalt komt ook wel voor.
Parameters
De lengte van de slab moet groot genoeg zijn om de ontgronding te stabiliseren voordat deze de teen van de dijk heeft bereikt. De mate van ontgronding is afhankelijk van de golfhoogte, de golflengte en de waterdiepte. In Figuur 12-7 is de invloed van de relevante parameters op het mechanisme weergegeven.
Figuur 12-7: Invloed van de parameters op het mechanisme ontgrondingen
-
Golfhoogte Hs. Hogere golven leiden tot meer turbulentie en erosie
-
Golflengte L. Een grotere golflengte kan leiden tot een grotere zone waarbinnen erosie van de vooroever plaatsvindt, afhankelijk van de overige omstandigheden.
-
Waterdiepte h. Een geringere waterdiepte zorgt voor lagere stroomsnelheden op de bodem en minder erosie.
-
Lengte slab ls. Een langere teenbescherming zorgt ervoor dat de evenwichtsdiepte van de ontgrondingkuil verder bij de teen van de dijk vandaan wordt bereikt.