Berekening opdrijflengte - Bijlage

In dit geval wordt alleen een analytische formule gegeven voor een plotseli nge ver­ hoging van de waterstand. Nu word t een vergelijkbare formule voor de opdrijfzone als voor stationaire stroming aangehouden, echter met tijdsafhankelijke lekfactoren ). en ). .

met:

Aangezien voor grate waarden van t beide J.,-waarden naderen tot de bijbehorende stationaire waarden, wordt tenslotte ook de stationaire opdrijflengte L3 gevonden. In de

bovenstaande formule staat ¢,voor H0, de plotselinge verhoging van de rivierstand (ten tijde t = 0).

Het moment van opdrijven na een plotse rivierstandsverhoging is nu ook tijdsafhanke­ lijk. Er is een relatie tussen de plotse verhoging en de tijdsduur waarna opdrijven start. Met de volgende formule is die tijdsduur te bepalen.

[m] (C27)

Hierin stelt ,Pk de benodigde rivierstandsverhoging voor om op tijdsti p t het opdrijven te laten starten. Als de actuele sprang in de rivierstand ¢,kleiner is dan ,Pk , dan treedt later opdrijven op. Is ¢, echter kleiner dan ¢k, voor iedere t, dan treedt er geen opdrijven op.

Bovenstaande formules voor instationaire straming gelden alleen bij benadering voor een tijdsafhankelijke reactie op een plotse sprangbelasting. Omdat het prableem bij opdrijven niet-lineair wordt is het niet toegestaan een superpositie van meerdere sprangbelastingen, tezamen een hoogwatergolf vormend toe te passen.