Zoals uit paragraaf 10.4.1.2 kan worden afgeleid, zijn de volgende deelmechanismen te onderscheiden met betrekking tot het falen van constructieonderdelen ten gevolgen van verval- en golfbelastingen:
- Z411 Bezwijken constructieonderdelen ten gevolge van het verval.
Bezwijken van een waterkerend constructieonderdeel als gevolg van het verval inclusief eventueel aanwezige golfbelastingen.
- Z412 Falen herstel sluiting.
Falen van het herstel van het waterkerende vermogen nadat een waterkerend constructieonderdeel is bezweken.
- Z22 Bezwijken bodembescherming achter kunstwerk.
Het bezwijken van de bodembescherming aan de achterzijde van het kunstwerk als gevolg van de stroomsnelheden nadat een waterkerend constructieonderdeel is bezweken en herstel hiervan gefaald is.
- Z12 Bezwijken kunstwerk als gevolg van erosie van de bodem.
Nadat de bodembescherming is bezweken, erodeert de onbeschermde bodem en ontstaan er erosiekuilen als gevolg van de aanwezige stroomsnelheden van het instromende water. Dit leidt tot een kans van het als geheel bezwijken van het kunstwerk door instabiliteit van het kunstwerk, waarmee een bres in de waterkering een feit is.
- Z21 Onvoldoende bergend vermogen.
Het kombergend vermogen op het achterliggende watersysteem is onvoldoende om het
instromende volume buitenwater te bergen zonder dat dit tot significante overstromingsgevolgen leidt in de achterliggende polder(s).
Zoals uit paragraaf 10.4.1.2 kan worden afgeleid, zijn de volgende deelmechanismen te onderscheiden met betrekking tot het falen van constructieonderdelen van schutsluizen ten gevolgen van aanvaarbelastingen:
- Z422 Kans op aanvaring van het gesloten tweede keermiddel.
Kans dat het tweede keermiddel wordt aangevaren op het moment dat het eerste keermiddel open staat.
- Z421 Aanvaarenergie groter dan opneembaar.
Kans dat de aanvaarenergie groter is dan de door de constructie van de keermiddelen opneembare energie.
- Z423 Falen sluiting ander keermiddel ten behoeve van herstel.
Falen van het herstel van het waterkerende vermogen met behulp van het niet-gesloten keermiddel, nadat door aanvaring het gesloten tweede keermiddel is bezweken.
Naast bovengenoemde deelmechanismen spelen bij aanvaren ook het bezwijken van de bodembescherming (Z12 en Z22) en het kombergend vermogen (Z21) nog een rol als sterkte. Deze deelmechanismen zijn reeds hierboven beschreven.
De faalmechanismen zoals in deze paragraaf aangegeven worden in paragraaf 10.4.3.1 verder omschreven.