Overschrijding van de vermoeiingssterkte door golfklappen - Stabiliteit bekleding asfalt
Bij een maatgevende storm wordt het asfalt gedurende enige tijd (uren - dag) belast door herhaalde golfklappen (brekers). Deze geven aanleiding tot herhaalde deformatie en dientengevolge trekspanningen aan de onderzijde van de bekleding (zie Figuur 6.1). Deze herhaalde trekspanningen leiden bij een te zwakke bekleding tot vermoeiing van het asfalt, zodat er trekscheuren aan de onderzijde van het asfalt ontstaan: de bekleding bezwijkt.
Voor de Gedetailleerde toets (AGK) wordt het moment waarop de scheuren vanaf de onderzijde door de bekleding gaan groeien aangemerkt als falen van de bekleding
(faaldefinitie AKG).
Bij aanhoudende belasting kan het asfalt zodanig deformeren dat deze scheuren doorgroeien naar de bovenzijde van het asfalt. Er ontstaat een doorgaande scheur die als gevolg van een beperkte afschuiving of simpelweg temperatuursvervormingen open kan gaan staan. Hierdoor komt het zandlichaam (of de onderlaag indien aanwezig) gedeeltelijk bloot te liggen. Er treedt dan uitspoeling op, waarbij in het geval van een zandonderlaag het asfalt snel wordt ondermijnd. Als gevolg van deze ondermijning zal het asfalt instorten, waardoor er grotere gaten in de bekleding ontstaan en het asfalt nauwelijks meer bescherming biedt tegen erosie door de golven. Het zandlichaam zal bij een normale (smalle) dijk snel (d.w.z. binnen één winterstorm) eroderen.
In het geval van een onderlaag van klei of keileem kan de reststerkte aanzienlijk zijn. De uitspoeling door een scheur of gat zal aanzienlijk trager verlopen; het ontstaan van een bres vraagt een aanzienlijk langere belastingduur.