Selectie van monsters
Inleiding
De bepaling van de classificatieparameters dient bij voorkeur te gebeuren aan hetzelfde monster. De minimale afmetingen van het monster moeten zodanig zijn, dat inhomogeniteiten op centimeter-schaal als gevolg van de aanwezigheid van grove plantenresten worden vereffend. De maximale afmetingen van het monster moeten zodanig zijn, dat binnen het monster geen variaties in de samenstelling van het veen voorkomen; aan de andere kant moeten de afmetingen dus zo klein mogelijk zijn.
De inhomogeniteit van veenafzettingen in verticale richting is in het algemeen groter dan in horizontale richting. Dit is een gevolg van de ontstaanswijze van veen: na het afsterven van de planten ontstaat aan het oppervlak een laag met horizontaal liggende stengels, bladeren en takken. Deze horizontale structuur wordt versterkt door compactie. Wat betreft de selectie van monsters zijn variaties in verticale richting dus bepalend; in het algemeen spelen deze variaties zich af op decimeter-schaal [Sikder 1994].