Zoeken in deze site

Heave - Algemene aandachtspunten bij de toetsing en het ontwerp op piping en heave

Heave

Controle op heave houdt een controle op het verticale verhang bij de uitstroom in, zie paragraaf 5.4. In Bijlage A (Fragmentenmethode) zijn grafieken opgenomen waarin voor enkele eenvoudige geometriën de resultaten van heaveberekeningen zijn samengevat. Voor ingewikkelder situaties, met overigens nog wel twee-dimensionale grondwaterstroming in de watervoerende zandlaag onder de kering, is een spreadsheet-programma beschikbaar. Voor heavecontrole bij dijken is dit in veel gevallen toepasbaar. Zowel de grafieken als het spreadsheetprogramma kennen beperkingen met betrekking tot de geometrie, grondopbouw en materiaaleigenschappen. Een belangrijke beperking is dat er een goede aansluiting is tussen de onderkant van de waterkering en bovenkant van de zandlaag. Wanneer dit niet het geval is, of wanneer hierover twijfel bestaat, moet de in Bijlage A aangegeven berekeningsmethode worden gebruikt, waarbij de weerstanden van de ‘tussenfragmenten’ worden gereduceerd. Als de grafieken of het programma niet toepasbaar zijn, dan kan de (conservatiever) methode van Lane gebruikt worden (zie paragraaf 6.2.6).

Bron

Onderzoeksrapport zandmeevoerende wellen (1202123-003-GEO-0002)

Hoofdstuk
Algemene aandachtspunten bij de toetsing en het ontwerp op piping en heave
Auteur
Ulrich Förster, Geeralt van den Ham, Ed Calle, Gerard Kruse
Organisatie auteur
Deltares
Opdrachtgever
Rijkswaterstaat Waterdienst
PDF

Inhoudsopgave

Over versie 1.0: 29 juni 2018

Tekst is letterlijk overgenomen uit brondocument.