Boorbeschrijving
De boorbeschrijving geeft een indeling in grondlagen, waarbij per grondlaag het hoofdbestanddeel en de bijbestanddelen worden gegeven.
De boorbeschrijving geschiedt in het algemeen aan intacte monsters; deze monsters zijn rechtstreeks afkomstig uit het boorapparaat en zijn cilindrisch van vorm met een lengte gelijk aan de monsterbus. De boorbeschrijving is een visuele bepaling waarbij de waarneming geschiedt aan het oppervlak van het intacte monster. Voor deze visuele bepaling is het soms echter nodig een deel van het monster uiteen te rafelen om de samenstellende componenten te kunnen onderscheiden.
De volgende onderdelen kunnen deel uitmaken van een boorbeschrijving:
- hoofdbenaming: conform paragraaf 3.5. 1 en gebaseerd op een schatting van het gehalte aan organische bestanddelen
- botanische samenstelling: conform paragraaf 3.5.2
- verweringsgraad volgens von Post: conform paragraaf 3.5.3 en appendi x B
- asgehalte: conform de veldmethode zoals beschreven in paragraaf 3.5.5
- gehalte aan fijne en grove vezels en bladeren: conform paragraaf 3.5.8
- gehalte aan hout en takjes: conform paragraaf 3.5.9