Zoeken in deze site

Stromingingsconcentraties langs objecten - Niet waterkerende objecten en discontinuiteiten 91

Een effect dat kan optreden is te zien bij verticale obstakels, zoals bomen en brede palen, in de baan van het overslaande water. De waterstroom wordt geblokkeerd en moet zich splitsen. Dit splitsen veroorzaakt hevige turbulentie net achter het object, hetgeen een extra eroderende werking met zich mee brengt. Daarnaast concentreert zich aan beide zijden van het object de stroming waardoor ook naast het object een hogere belasting optreedt. De mate van turbulentie en stroomconcentratie is afhankelijk van de breedte en vorm van het opstaande object. Uit proeven is gebleken dat kleinere opstaande objecten, tot een breedte van circa 0,15 m, minder tot geen effect hebben op de belasting door het overslaande water. Figuur 8.1 geeft een beeld van schade veroorzaakt door een boom op de binnenteen.

636149088134434466Image_082_jpg

Figuur 8.1 Schade als gevolg van stroomconcentratie en turbulentie na grote overslagdebieten (Golfoverslagproeven Vechtdijk, 5½ uur 50 l/s per m)

Een ander voorbeeld is de stromingsconcentratie langs een taludtrap. De trap is een opstaand element waarbij het overslaande water zich concentreert langs de zijkanten van de opgang en vervolgens zorgt voor een waterjet onderaan de opgang bij de overgang van talud naar horizontaal. De geconcentreerde stroom geeft een extra erosieve werking. Een overgang die niet gedimensioneerd is op een dergelijke waterstroom (bescherming tegen waterjet of geleiding van waterjet) is kwetsbaar. Figuur 8.2 en Figuur 8.3 geven een impressie van het resultaat van een praktijktest.

636149088384902793Image_083_jpg

Figuur 8.2 Schade als gevolg van stroomconcentratie na zeer grote overslagdebieten (Golfoverslagproeven Afsluitdijk, 6 uur 50 l/s per m)

636149088449903062Image_084_jpg

Figuur 8.3 Schade als gevolg van stroomconcentratie in combinatie met verminderde sterkte door onder andere het bebruik van onkruidwerend middel langs de trap (Golfoverslagproef op dijk bij Poortvliet, Tholen, na 2 uur 5 l/s per m)

Bron

Handreiking Dijkbekledingen Deel 5: Grasbekledingen (HDD5)

Hoofdstuk
Niet waterkerende objecten en discontinuiteiten 91
Auteur
Cirkel J., C. van Dam, E. van den Akker, J.W. Nell
Organisatie auteur
Deltares
Opdrachtgever
Rijkswaterstaat WVL en Projectbureau Zeeweringen
Verschijningsdatum
2015
PDF

Over versie 1.0: 29 juni 2018

Tekst is letterlijk overgenomen uit brondocument.