De locatie ligt direct aan een diepe geul (watersysteem Zee en Estuaria) en is blootgesteld aan golven en stroming. Behalve golven en stroming zijn de optredende maatgevende waterstanden van belang.
Voor mogelijke maatgevende waterstanden is gekeken naar het vastgestelde toetspeil van de dichtstbijzijnde primaire waterkering. Het te beschermen voorland ligt zelf buitendijks en is geen primaire waterkering. Het toetspeil voor die aangrenzende locatie is gegeven in Hydraulische Randvoorwaarden voor het toetsen van primaire waterkeringen 2006 [78].
-
Toetspeil: NAP +4,3 meter
Dit toetspeil ligt boven het niveau van het gehele te beschermen voorland. Dat ligt namelijk op ongeveer NAP +2,4 meter aan de overgang bekleding – grastegels – oplopend tot ongeveer NAP +3,7 meter aan de voet van de achterliggende dijk. Tijdens de maatgevende storm (1/4000) zal het gehele voorland daarom onder water staan en slechts als golfreducerend voorland fungeren voor de achterliggende dijk. Als maatgevende waterstand voor wateroverdrukken kan worden uitgegaan van NAP +4,0 meter: een niveau ruim boven het hoogste punt van het voorland.
Voor gemiddeld hoogwater (GHW) en gemiddeld laagwater (GLW) is gebruikgemaakt van de website http://www.rijkswaterstaat.nl/water/scheepvaartberichten_waterdata/index.aspx.
-
Gemiddelde hoogwaterstand (GHW): NAP +0,75 meter
-
Gemiddelde laagwaterstand (GLW): NAP -0,50 meter
Voor de stabiliteit van de oeverbescherming worden maatgevende waterstanden aangenomen die een realistisch, maar meest ongunstig, scenario weergeven voor de golfbelasting op de bekleding. Dit leidt tot een maatgevende waterstand in de orde van NAP
+1 tot NAP +3 meter.
Voor de golfbelasting op de oeverbescherming is net als voor de waterstanden de situatie voor de dichtstbijzijnde primaire waterkering als representatief aangenomen. De maximale golfbelasting volgens HR 2006 is als volgt:
-
Significante golfhoogte: Hs = 1,85 meter
-
Piekperiode: Tp = 5,4 seconde
-
Spectrale periode: Tm-1,0 = Tp/1,1 = 4,9 seconde
-
Stormduur: duur = 6 uur
Een realistische waterstand wordt gekozen in combinatie met deze golven.