Golfoverslag vindt plaats als onder extreme omstandigheden de waterstand erg hoog is en de hoogste golven de kruin van de dijk bereiken en over de kruin naar het binnentalud lopen. De eenvoudigste beschrijving van golfoverslag is het golfoverslagdebiet, q. Dit is de hoeveelheid water per strekkende meter breedte die gemiddeld per seconde over de kruin gaat. Het is een gemiddelde over bijvoorbeeld een uur of over de piek van de storm. Het golfoverslagdebiet wordt uitgedrukt in l/s per m. Waarden die bij ontwerp en toetsing van dijken een rol spelen en hebben gespeeld, zijn 0,1; 1 en 10 l/s per m.
Er is heel veel onderzoek gedaan naar golfoverslag bij verschillende typen waterkerende constructies. Voor (Nederlandse) dijken is dat samengevat in het TAW Technisch Rapport Golfoploop en golfoverslag bij dijken [6]. Dit Technisch Rapport wordt in Nederland aanbevolen om golfoverslag in zowel toets- als ontwerpomstandigheden te berekenen. Tegelijkertijd is het programma PC-Overslag ontwikkeld, wat het berekenen veel eenvoudiger maakt. Het programma is ook deels ingepast in de diverse probabilistische HYDRA- rekenmodellen van Rijkswaterstaat. In geval van een erg gecompliceerde geometrie zal de golfoploop en golfoverslag berekend moeten worden met PC-Overslag.
Door een gezamenlijke actie van het Verenigd Koningrijk, Duitsland en Nederland zijn bestaande leidraden en technische rapporten, inclusief resultaten van recent onderzoek, samengevat in de EurOtop of Overtopping Manual [7]. Het bovengenoemde Technisch Rapport [6] is hierin vrijwel geheel opgenomen als hoofdstuk 5 (dijken). Daarnaast worden in andere hoofdstukken constructies met losgestorte materialen (breuksteen, betonnen elementen) behandeld en verticale constructies. De Overtopping Manual bevat dus het Technisch Rapport Golfoploop en golfoverslag bij dijken en geeft informatie over andere constructies.