Zoeken in deze site

Wind - Hydraulische randvoorwaarden

In het benedenrivierengebied zijn de wind en de waterstand niet onafhankel ijk van elkaar. Zeker bij storm uit richtingen tussen west en noord zullen de waterstanden hoger zijn dan anders, terwijl hoge waterstanden bij zuidoostenwind niet zullen voor­ komen, althans niet bij !age rivierafvoeren. De correlatie tussen de waterstand en de windsnelheid uit een bepaalde richting is echter niet volledig. Dit is deels te verklaren door het verschil tussen dood- en springtij. Daarnaast is onder meer de grootte van stormvelden van invloed op de hoogte van de waterstand te Hoek van Holland, en die stand is mede bepalend voor de waterstanden i n het gehele benedenrivierengebied. Dit blijkt ook uit waarnemingen van waterstand en wind, naar kracht en naar richting.

5.3.1 Overschrijdingsfrequentie van wind en waterstand

Daar de noodzakelijke kruinhoogte bepaald wordt door de golfaanval en de waterstand is de correlatie van windrichting, waterstand en windsnelheid zeer belangrijk.

Uit lit. 56 kan worden afgeleid hoe groot de kans is dat de wind in het benedenrivieren­ gebied uit een van de zestien windrichtingen waait, en dat de windsnel heid daarbij hoger is dan u mis. Uit lit. 34 is bovendien bekend hoe groot de kans is dat de wind uit een bepaalde richting waait en dat tegelijkertijd een waterstand HH in Hoek van Hol­ land wordt overschreden (vergelijk bijlage 6). Op basis van deze gegevens, en de waar­ nemingen vermeld in lit. 34, kon worden afgeleid (lit. 30) hoe groot de kans is dat tijdens

48

635725738907437993Image_076_jpg

(Foto : Rijkswat erst aat )

Li nd tse Dijk tussen Zwijnd recht en Heerjansdam op I februari 1953

635725739012602095Image_078_jpg

{Fot o: Rijkswa 1 erstaat )

Dijkdoorbraa k nabij Ba re nd recht op 1 februa ri 1953

635725739118703766Image_079_jpg

(Foto: KLM A e rocanoJ

Gori nchem hoogwater 1982

een hoogwater in Hoek van Holland de wind uit een bepaalde wind richting waait en de wi ndsnelheid groter is dan u mis. In bijlage 7.2 zijn de resultaten weergegeven in enkele grafieken. Het zijn deze gegevens waarvan het toetsi ngsmodel gebrui k maakt (par. 6.3.2).

Op grond van het gestelde in l it. 34 zijn ten behoeve van de frequentiemethode (par. 6.3.4) de zogenaamde gereduceerde overschrijdingsl ijnen van de windsnel heden berekend. De resultaten zijn weergegeven in bijlage 7.1. ·

Bron

Leidraad voor het ontwerpen van rivierdijken Deel 2 - Benedenrivierengebied (L2)

Hoofdstuk
Hydraulische randvoorwaarden
Auteur
Andringa R.J., P.W. Roest, R.J. Cirkel, J. Dekker, G.J. Flórián, K. de Graaf, J.H. Pool, J.J.W. Seijffert, R.J. Termaat, A. van Urk, J.G. Westerhoven
Organisatie auteur
Heidemij Adviesbureau, Rijkswaterstaat, Grondmechanica Delft, Hoogheemraadschap van de Alblasserwaard en de Vijfheerenlanden, Grontmij, Provincie Zuid-Holland
Opdrachtgever
Technische Adviescommissie voor de Waterkeringen
Verschijningsdatum
September 1989
PDF

Over versie 1.0: 29 juni 2018

Tekst is letterlijk overgenomen uit brondocument.