Zoeken in deze site

Stroomschema bebouwing - Beoordeling

Bij de beoordeling van bebouwing binnen de invloedszone van de waterkering wordt het stroomschema gevolgd van figuur 31. Stabiliteitsbeschouwingen worden uitgevoerd volgens de diverse leidraden (zie ook hoofdstuk 7).

Stap 1 - beoordelingsprofiel

Het eerste criterium geeft een beschouwing van het profiel van de dijk. Bevindt de bebouwing zich buiten het beoordelingsprofiel (zie hoofdstuk 1) dan levert de bebouwing geen direct gevaar op voor de dijk. Wordt hieraan niet voldaan, dan overgaan op stap 2.

Stap 2 - staat

Elk element, dat een wezenlijk onderdeel van de waterkering uitmaakt, zoals grondkerende muren, keldervloeren en funderingen, moet in redelijke staat verkeren. Bouwvallen zijn voor wat betreft de delen die geen wezenlijk onderdeel van de waterkering uitmaken in principe toelaatbaar. Wordt aan dit criterium voldaan, dan doorgaan naar stap 3. Zo niet, dan naar het vakje 'uitzondering' (stap 4).

Figuur 31. Stroomschema bebouwing op waterkeringen.

Bij stap 3 wordt voor de beoordeling een verdeling gemaakt in de locaties waar bebouwing voor kan komen in een waterkering: buitentalud, kruin, binnentalud, voorland en achterland. Punten van aandacht naast de bebouwing zijn steeds: op- en afritten, ontgravingen, aansluitingen van nutsleidingen, riolen, putten, olie- en septictanks, al of niet gedempte sloten en beplanting (tuintjes). De wijze van funderen (op staal of op palen) en de toestand van de fundering is van belang voor het ontstaan van holle ruimten tussen de bebouwing en de kering. Voor in rekening te brengen uitwendige belastingen op de bebouwing en het eigen gewicht wordt verwezen naar de TGB 1990 (ontwerp NEN 6702) [53]. Is de score in een of meer van de gevallen onvoldoende dan kan doorgegaan worden naar stap 4. Bij de beoordeling 'voldoende' kan deze alleen worden gehandhaafd als afdoende controle door het beheer gewaarborgd is.

Stap 3a - bebouwing op buitentalud

Bebouwing op het buitentalud en de kruin is in verband met erosieaspecten en veranderingen van waterspanningen in de dijk ongewenst. De beoordeling is dus altijd 'onvoldoende'.

Stap 3b - bebouwing op binnentalud

Voor de bebouwing op het binnentalud is er evenzo als in het achterland sprake van een extra aandrijvend moment wat de stabiliteit beïnvloedt (zie figuur 11). Daarnaast spelen nog erosie en micro-stabiliteit een rol.

Stap 3c - bebouwing op voorland

In het voorland is vooral van belang de invloed op waterspanningen bij maatgevende omstandigheden. De intredeweerstand van het voorland kan verminderen waardoor waterspanningen in de watervoerende pakketten hoger worden met gevolgen voor mogelijk opdrijven en stabiliteitsverlies. Onderzocht moet worden in hoeverre de bebouwing slecht doorlatende lagen doorsnijdt. Binnen het invloedsgebied van het buitentalud moet ook de buitenwaartse stabiliteit van de kering in die situatie worden beoordeeld.

Stap 3d - bebouwing op achterland

In het achterland zal de invloed van bebouwing beperkt blijven tot het mogelijk ontstaan van zandmeevoerende wellen en piping. De invloed op mogelijk opdrijven zal minimaal zijn tenzij er op grote oppervlakten aaneengesloten bebouwing aanwezig is.

Stap 4 - uitzondering

In gevallen waarbij met behulp van de voorgaande regels in eerste instantie geconstateerd wordt, dat de bebouwing op een bepaalde plaats niet kan worden gehandhaafd, is er de mogelijkheid om dit bij uitzondering toch toe te staan. Eis hierbij is dat dit gebeurt op basis van een goed onderbouwde studie, door aanpassing van de situatie aan de aanwezigheid van de bebouwing door bijvoorbeeld het toepassen van speciale constructies, en/of door aanpassen van het beheer (bouwbeleid).

Stap 5 - controle en beheer

Voor bebouwing is de aangewezen weg om via een vergunningenbeleid aanleg en onderhoud te reguleren. Hierbij dient tevens rekening te worden gehouden met nog uit te voeren dijkversterkingswerkzaamheden. Visuele inspectie kan helpen om in een vroeg stadium eventuele problemen te signaleren.

Bron

Handreiking constructief ontwerpen bijlagen 2 - 5 (L9a)

Hoofdstuk
Beoordeling
Auteur
Viergever M.A., D. Stamm
Organisatie auteur
Grondmechanica Delft Afdeling Grondconstructies
Opdrachtgever
Technische Adviescommissie voor de Waterkeringen
Verschijningsdatum
Maart 1994
PDF