De resterende sterkte in een duinprofiel tijdens én na het optreden van het initieel mechanisme duinafslag (zoals verkregen met het resultaat van een sterktemodel) wordt volledig ontleend aan de stabiliteit van het resterende (zandige) duinprofiel. Naast duinafslag zijn er echter nog andere processen die de (rest)sterkte van de zandige waterkering nadelig kunnen beïnvloeden.
Mogelijke vervolgprocessen die kunnen leiden tot een doorbraak van het restprofiel zijn (geotechnische) instabiliteit in relatie tot uittredend grondwater of erosie van de kruin en het binnentalud door golfoverslag. Wanneer na afslag een te smal of steil duinprofiel aanwezig is, kan het binnentalud instabiel worden, of afschuiven, met een doorbraak tot gevolg. Een te laag resterend profiel kan leiden tot erosie van de kruin of het binnentalud als gevolg van golfoverslag of in een latere fase overloop, wederom met een doorbraak tot gevolg. De processen afschuiven en overslag kunnen elkaar daarbij ook nog versterken.
In Figuur 1 zijn de initiële en eventuele vervolgmechanismen van het faalpad duinafslag schematisch weergegeven.
Figuur 1 Schematische weergave van het initieel mechanisme (duinafslag) en eventuele vervolgmechanismen (golfoploop/overslag en geotechnische instabiliteit) van het faalpad duinafslag.
De positie van deze vervolgprocessen binnen het faalpad duinafslag is schematisch weergegeven in Figuur 2.
Figuur 2 Boomweergave van de opeenvolgende gebeurtenissen en processen die kunnen optreden binnen faalmechanisme duinafslag. Vanuit het initieel mechanisme zijn er twee mogelijke vervolgprocessen die kunnen leiden tot falen van de kering.
Binnen faalpad duinafslag worden de vervolgprocessen gezamenlijk beschouwd: het optreden van één van beide vervolgprocessen (of allebei) na duinafslag kan leiden tot het falen van de waterkering en overstroming van het achterland.
De vervolgprocessen kunnen ook optreden als door duinafslag het hele duin afslaat. In dat geval is de bijdrage van de vervolgprocessen aan het falen van de kering gering en is het initieel mechanisme voldoende om tot falen te leiden.