Zoeken in deze site

Inhoudsopgave


Sterkte bij faalmechanisme sterkte en/of stabiliteit

De sterkte en stabiliteit wordt bepaald door de aanwezige constructieonderdelen en het grondlichaam en kan met behulp van de methodes van de constructiemechanica en geotechniek worden vastgesteld. Hoe hier gestalte aan wordt gegeven voor beoordelen en ontwerpen wordt in respectievelijk de Werkwijzer ontwerpen waterkerende kunstwerken [Van Bree, et al., 2018] en de materiaal gebonden Eurocodes NEN-EN199 (2 t/m 9) behandeld.

Vermoeiing van constructieonderdelen wordt veroorzaakt door repeterende spanningswisselingen en heeft een effect op de sterkte van een constructie. Zo dient bij een stalen keermiddel van een constructie in een getijdengebied ook de FAT-grenstoestand te worden beschouwd. Wanneer dat niet gebeurt kan bij een beoordeling van het waterkerend vermogen de werkelijke sterkte door vermoeiing kleiner zijn dan verondersteld.

In het geval van STCO zal ook de grootte van de maximale komberging en de sterkte van de bodembescherming invloed hebben op de faalkans. De grootte van de komberging en de sterkte van de bodembescherming zijn in die zin dus sterkteparameters van het sub-faalmechanisme STCO.

Literatuur

Van Bree, B., R. Delhez, R. Jongejan en A. Casteleijn. Werkwijzer ontwerpen waterkerende kunstwerken : Ontwerpverificaties voor de hoogwatersituatie ; Definitief, groene versie D2. Rijkswaterstaat (RWS WVL), rapport, november 2018.

Versies