Zoeken in deze site

Inhoudsopgave


Dimensioneren berm bij steenzettingen

Hieronder wordt de steenbekleding van buitenbermen van zee- en meerdijken behandeld. In het algemeen betreft het bermen die rond de maatgevende hoogwaterstand of lager liggen. De taludhelling is 1:10 à 1:20, de breedte varieert van 2,5 tot 10 meter.

Wat is een berm

Niet elke relatieve vlakke strook in het buitentalud wordt in het bekledingsontwerp behandeld als een berm; daarvoor moet worden voldaan aan een aantal voorwaarden ten aanzien van de taludhelling, breedte en in sommige gevallen niveau:

  • Een strook flauwer dan 1:9 over een breedte van minimaal twee maal de maatgevende waarde van de significante golfhoogte Hs wordt in alle gevallen behandeld als een berm.
  • Daarnaast wordt smallere stroken (met een breedte tussen de significante golfhoogte Hs Significante golfhoogte [m] en 2xHs Significante golfhoogte [m]) onder de volgende voorwaarden ook als berm behandeld:
    • Het talud is flauwer dan 1:9
    • De strook ligt lager dan ontwerppeil
    • Er komen waterstands-golfcombinaties voor waarbij de waarde dB/Hs Significante golfhoogte [m] ligt tussen 0,5 en 2,2 (dB is daarbij de waterdiepte boven de buitenknik van de berm)

Ontwerpprocedure

Eerst dient te worden vastgesteld of op de berm een harde bekleding nodig is. Zo ja, dan moet worden besloten welk bekledingstype wordt toegepast: een steenzetting of niet, en wat voor type. Daarna volgen dimensionering en detaillering en tot slot wordt de invloed van de berm op de belasting op het bovenbeloop behandeld.

Wel of geen harde bekleding op de berm

Een harde bekleding op de berm is nodig als een grasbekleding te weinig sterkte biedt. Daarnaast kan een wegverharding op de berm gewenst zijn uit beheerstechnisch oogpunt en soms vanwege recreatie.

De bovengrens van de harde bekleding met daarboven gras wordt bepaald door de sterkte van de grasbekleding onder de aanwezige golfaanval. Volgens de huidige stand van de kennis zijn deze ontwerpregels ook toepasbaar voor een berm (door te werken met de aanwezige zeer flauwe taludhelling).

Keuze van het type

Behalve steenzettingen komen natuurlijk ook een asfalt- of betonverhardingen in aanmerking, zeker als de berm wordt gebruikt als weg. Een bekleding van steenzettingen komt vooral in aanmerking als bekledingsmaterialen beschikbaar zijn voor hergebruik en als niet te zware eisen worden gesteld aan de berijdbaarheid van de berm. In zo'n geval vindt de afweging plaats in combinatie met de bekleding op de overige constructieonderdelen (golfklapzone, bovenbeloop).

Dimensionering van de toplaag

Een steenzetting op een berm moet worden ontworpen op de faalmechanismen materiaaltransport en toplaaginstabiliteit. Voor materiaaltransport is de situatie niet principieel anders dan op een talud. Er is dus in veel gevallen een filterconstructie nodig.

Voor het mechanisme toplaaginstabiliteit van steenzettingen op bermen bestaat een aparte dimensioneringsmethode, gerelateerd aan de methoden voor toplaaginstabiliteit op taluds. Ten opzichte van een steenzetting op een talud zijn zowel de sterkte als de belasting verschillend.

De rekenmethode is opgenomen in STEENTOETS.

Detaillering van de constructie

Bij de overgang naar de aansluitende taluds (beneden- en bovenbeloop) moet aandacht worden besteed aan de voorzieningen tegen materiaaltransport. Verder moeten scherpe knikken worden voorkomen; in ontwerp en contract kan worden opgenomen dat de knik met een bepaalde minimale bochtstraal moeten worden aangebracht, bijvoorbeeld 10 meter.

Invloed van de berm op het bovenbeloop

De aanwezigheid van een berm beïnvloedt de belastingsituatie op het bovenbeloop. De dimensioneringsmethode van steenzettingen op het bovenbeloop is afhankelijk van het niveau van de berm ten opzichte van het ontwerppeil. Er worden drie gevallen onderscheiden

  • Een lage berm (meer dan een afstand Hs Significante golfhoogte [m], ontwerppeil onder ontwerppeil), heeft geen invloed op de toplaagstabiliteit van het bovenbeloop. Als op het bovenbeloop een steenzetting nodig is, wordt deze ontworpen en gedimensioneerd als een steenzetting op een talud zonder berm.
  • Een berm die minder dan Hs Significante golfhoogte [m] onder ontwerppeil ligt, heeft een belastingreducerende invloed. Als op het bovenbeloop een steenzetting nodig is, moet deze voldoen aan de lichtste van twee eisen: de steenzetting hoeft niet zwaarder te zijn dan op de berm (zie de regels eerder in deze paragraaf), maar hoeft ook niet zwaarder te zijn dan wanneer er geen berm zou zijn.
  • Bij een hoge berm (boven ontwerppeil) wordt het bovenbeloop belast door golfoploop. Als in deze zone een steenzetting nodig is, hoeft deze niet zwaarder te zijn dan op de berm.

Vanaf het niveau ontwerppeil +½z2% is de belasting overigens zodanig beperkt, dat de lichtst leverbare steenzetting sterk genoeg is.

Literatuur

Cirkel, J., C. van Dam, E. van den Akker en J.W. Nell. Handreiking dijkbekledingen : Deel 2 Steenzettingen (HDD2). Rijkswaterstaat (RWS WVL) en Projectbureau Zeeweringen, januari 2015.