Zoeken in deze site

Inhoudsopgave


De korrelgrootte van het inwasmateriaal van een toplaagelement steenzetting

Voor ingewassen toplaagelementen is de korrelgrootte relevant bij de generieke analyse van de toplaaginstabiliteit. In dit artikel worden ingegaan op de korrelgrootte van het inwasmateriaal.

Korrelgrootte

Definitie

Het voor het inwassen van de toplaagelementen gebruikte materiaal wordt gekarakteriseerd door de korrelgrootte die door 15 gewichtsprocenten wordt onderschreden, wordt aangeduid met di15 Korrelgrootte waarvan 15 gewichtsprocent kleiner is dan deze diameter [mm] en uitgedrukt in meters [m].

Rol

Het inwasmateriaal is de steenslag die in de openingen en voegen van de toplaagelementen is geplaatst voor een betere interactie (klemming) tussen de elementen. Het inwasmateriaal heeft invloed op het mechanisme toplaaginstabiliteit: een grotere korrelgrootte zorgt voor een toename van de onderlinge wrijving (en daarmee klemming) tussen de toplaagelementen, maar zorgt ook voor een afname van het open oppervlak (zie het artikel Open oppervlak toplaagelementen steenzetting) en daarmee de doorlatendheid van de toplaag.

Wijze van bepaling

De korrelgrootte van het inwasmateriaal kan op diverse manieren bepaald worden.

Gebruikte gradering

Wanneer de onder- en bovengrens van de voor het inwassen gebruikte gradering van het materiaal bekend is, kan een redelijke schatting van de di15 Korrelgrootte waarvan 15 gewichtsprocent kleiner is dan deze diameter [mm] gemaakt worden.

Meting in het veld

Indien de gebruikte gradering van het inwasmateriaal onbekend is kan in het veld op enkele locaties het gebruikte inwasmateriaal worden beoordeeld. Hiervoor dient wat inwasmateriaal genomen te worden en dienen zand, slib en/of schelpen verwijderd te worden. Vervolgens worden willekeurig 20 korrels gekozen en wordt van de een na kleinste korrel de diameter gemeten. Deze diameter is een goede schatting van de di15 Korrelgrootte waarvan 15 gewichtsprocent kleiner is dan deze diameter [mm].

Merk op dat te allen tijde visueel moet worden beoordeeld of de toplaagelementen al dan niet goed zijn ingewassen. Daarbij dient het inwasmateriaal ten minste tot de helft van de spleetdiepte aanwezig zijn.

Representatieve waarden

Voor inwasmateriaal waarvoor de onder- en bovengrens van de gradering van de steenslag bekend is, kan bij de generieke analyse de ondergrens als waarde voor de di15 Korrelgrootte waarvan 15 gewichtsprocent kleiner is dan deze diameter [mm] worden gebruikt.

Wanneer de het inwasmateriaal in het veld is gemeten dan wordt bij de generieke analyse de kleinste van alle gemeten di15 Korrelgrootte waarvan 15 gewichtsprocent kleiner is dan deze diameter [mm] gebruikt.

Versies