Zoeken in deze site

Uitvoering van de zeving - D. Beschrijving van de bepaling van de vezelgrootte verdeling

9) Let tijdens de zeving op wanneer het afvoervat vol is; let ook op dat een constante hoeveelheid spoelwater wordt afgevoerd. Is dit niet het geval dan zijn de zeven dichtgeraakt of er is te weinig afwasmiddel aanwezig; voeg zonodig extra afwasmiddel toe.

10) Na de gehele zeefserie 5 minuten te hebben gezeefd wordt het materiaal dat op de bovenste zeef is blijven liggen met de hand behandeld. Met de ontkoppelde (nu dus losse) slang wordt onder een waterstraal telkens een deeltje van het monster tussen duim en wijsvinger genomen om de kleideeltjes te verwrijven. Let op dat er geen vezels beschadigen. Dit laatste wordt bereikt door een zeer lichte druk uit te oefenen en het monster direct te laten liggen zodra men vezels voelt. DEZE HANDELING WORDT ALLEEN MET HET MATERIAAL OP DE BOVENSTE ZEEF UITGEVOERD; HIERNA WORDT HET MATERIAAL NIET MEER AANGERAAKT!

11) Zet de bovenste zeef terzijde in een bak; bevestig sproeikop, slangen en banden weer. Zeef weer gedurende 5 minuten; stel zonodig de amplitude bij tot 1,5 mm.

Herhaal stap 11) tot en met de laatste zeef.

12) Maak de zeven zo goed mogelijk schoon in de bakken zonder materiaal te morsen; het is geen bezwaar dat enig materiaal op de zeven achterblijft.

Herhaal zonodig de stappen 4) tot en met 11) voor de overige deelmonsters. Zorg er na de zeving van het laatste deelmonster voor, dat alle materiaal op de zeven in de bakken terecht komt.

13) Fotografeer de zeeffracties op een raster met bekende afmetingen.

14) Plaats de bakjes en zeven in de droogstoof. Droog gedurende 24 uur bij een temperatuur van 110± 5 °C.

15) Bepaal de massa van bak en materiaal tot op 0,01 gram nauwkeurig; doe hetzelfde met de zeef en materiaal. Bereken de massa van het materiaal in de verschillende fracties; noem deze M2 t/m M7.

16) Neem zeven hittebestendige bakjes en weeg deze op 0,0001 gram nauwkeurig.

17) Neem voor de asgehaltebepaling een monster van minimaal 1 gram gedroogd materiaal per fractie, verpulver dit en doe dit in de hittebestendige bakjes. Verpulver ook het gehele niet-gezeefde deelmonster en doe dit in een bakje. Bepaal de massa van bakje en monster op 0,0001 gram nauwkeurig. Verassing vindt plaats in een oven bij een temperatuur van 550 °C gedurende 5 uur. Doe de rest van het materiaal in een monsterbusje dat voorzien is van een label met proefnummer, monsternummer en datum.

18) Weeg na verassing het bakje en monster van de verschillende zeeffracties op 0,0001 gram nauwkeurig; bereken de asgehalten van de verschillende zeeffracties; noem deze a2 tot en met a7.

19)  Bepaal onder een loep de diameter/lengte verhouding van de vezels in de verschillende zeeffracties.

Bron

Technisch Rapport Geotechnische classificatie van veen (TR-16)

Hoofdstuk
D. Beschrijving van de bepaling van de vezelgrootte verdeling
Opdrachtgever
Technische Adviescommissie voor de Waterkeringen
Verschijningsdatum
Juni 1996
PDF

Over versie 1.0: 29 juni 2018

Tekst is letterlijk overgenomen uit brondocument.