De toetsing is uitgevoerd met behulp van het programma STEENTOETS.
Er worden vijf hoofdsporen onderscheiden: toplaaginstabiliteit onder golfaanval, toplaaginstabiliteit onder langsstroming, afschuiving, materiaaltransport vanuit ondergrond en materiaaltransport vanuit granulaire laag. Op welke sporen er getoetst moet worden hangt af van de locatie van een vak. Voor de vakken boven toetspeil wordt, conform het stroomschema van Figuur 8-2.1 van het VTV2006 [15] alleen de score op het beoordelingsspoor toplaaginstabiliteit berekend. Voor de vakken onder toetspeil wordt op de beoordelingssporen toplaaginstabiliteit, afschuiving en materiaaltransport getoetst.
In de toetsing wordt geen rekening gehouden met reststerkte (erosie van de onderlagen), omdat op voorhand wordt ingeschat dat de bekleding niet dik genoeg is om een score ‘voldoende’ te halen. Indien de resultaten van de toetsing in eerdere stappen dusdanig zijn dat een toetsing op erosie van de onderlagen noodzakelijk is, dan resulteert dit in een eindscore ‘onvoldoende’.
In deze paragraaf wordt, aan de hand van de stappen uit de stroomschema’s, het verloop van de toetsing van de Markermeerdijken besproken. Hiervoor wordt één bekledingsvak nader uitgewerkt en worden de resultaten voor de gehele dijk in het algemeen uitgewerkt. Het nader uitgewerkte bekledingsvak heeft de volgende parameters:
Golfhoogte (Hs): 2,03 m
Golfperiode (Tp): 5,84 s
Deze gegevens zijn ingevoerd in STEENTOETS en alle faalmechanismen zijn doorgerekend.