Een asfaltbekleding op een waterkering of een oever moet bestand zijn tegen golfklappen veroorzaakt door wind en schepen. Niet de hele bekleding wordt belast door golfklappen en de grootte van de golven is niet op ieder niveau gelijk. Alleen het gedeelte dat werkelijk wordt belast door golfklappen moet hierop worden gedimensioneerd.
Voor ontwerp moeten voornamelijk de ontwerpgrafieken worden gebruikt. Alleen in bijzondere gevallen kan gebruik worden gemaakt van het programma GOLFKLAP [92]. Dit programma is verkrijgbaar bij de helpdesk water (www.helpdeskwater.nl). Voor de toetsing wordt wel gebruik gemaakt van GOLFKLAP.
De asfalttypen: waterbouwasfaltbeton, open steenasfalt en “vol en zat” gepenetreerde breuksteen kunnen worden beschouwd als plaatbekleding. Deze plaat wordt door golfklappen belast op buiging. De golfklap wordt geschematiseerd als een driehoeksbelasting. Bij dimensioneren is het criterium dat de optredende buigspanning in de bekleding de bezwijkspanning van het materiaal niet mag overschrijden.
In de laatste jaren is het inzicht in de mechanisme golfklap steeds meer toegenomen. Daarnaast is het inzicht in de constructie-eigenschappen van de asfaltbekledingen langs de
Nederlandse kust vergroot door de veiligheidsbeoordelingen die in de afgelopen jaren zijn uitgevoerd. Op basis van deze nieuwe inzichten zijn de ontwerpgrafieken van verschillende bekledingstypen verschillende malen aangepast. In de volgende paragrafen wordt daar voor de verschillende materiaaltypen op ingegaan.
In de ontwerpgrafieken is onderscheid gemaakt tussen een ondergrond van klei en een ondergrond van zand.
