In ons land zijn op een aantal plaatsen langs bebouwde duinkusten (veelal langs een strand) boulevards aangelegd. In sommige gevallen is het strand inmiddels weggeërodeerd. De primaire reden om een boulevard te maken is meestal om te voorkomen, dat bij stormvloeden de hoeveelheid duinafslag zo groot wordt, dat schade ontstaat aan de bebouwing. Daarnaast heeft een boulevard een belangrijke toeristische functie.
Constructief bestaat de bescherming van een boulevard uit een verdedigd zandtalud of een verticale keermuur. De constructie is meestal zwaar belast. Keermuren kunnen ter voorkoming van waterbezwaar door overslaande golven worden voorzien van een parapet(neus)- constructie (figuur 5.7.1), waardoor het water van de opspuitende
Figuur 5.7.1 Parapet op keermuur langs boulevard
golven enigszins zeewaarts teruggebogen wordt. Bij grote overslag zal de overslagstraal dik zijn ten opzichte van de neus en zal deze weinig effect hebben. Bij geringere overslag (bij een kruinhoogte hc groter dan de significante golfhoogte Hs) is tot 40% reductie mogelijk.
Bij een boulevard is het nodig om een goede afwateringsconstructie te maken. Bij golfoverslag (onder ontwerpomstandigheden vaak meer dan 10 l/m/s) moet dit water kunnen worden afgevoerd. Dit kan via de polderzijde gebeuren, maar het is vaak efficiënter om het aan de zee- zijde, via sparingen in de muur af te voeren. Bij het ontwerp van de
constructie van de weg op de boulevard en de afvoerwegen aan de achterzijde moet er op gelet worden dat niet al het overslagwater via één weg naar binnen gaat lopen; op die plaats ontstaat een te sterke stroomconcentratie.
Formules voor de berekening van krachten op en overslag over muurtjes en parapets staan in de nota Golfoverslag en krachten op verticale waterkeringsconstructies [22].
Door de golfaanval ontstaat aan de teen van de keermuur erosie van het strand. De erosiekuil mag de standzekerheid van de wand niet in gevaar brengen. De kuildiepte kan berekend worden met het programma DUROSTA [P3].
Bron
Leidraad Zee- en Meerdijken (LZM)
Hoofdstuk
Dimensionering
Auteur
Asperen L. van, P van den Berg, J. Dekker, P.J. Eversdijk, D.T. van Gulik, E. van Hijum, K.R. Klaassens, T. Kramer, J.W. Langenberg, J.W. van der Meer, A. Provoost, H.J. Verhagen
Organisatie auteur
Rijkswaterstaat, Dienst Weg- en Waterbouwkunde, Hoogheemraadschap van Rijnland, Geo Delft, Infram, Provincie Groningen, Zeeuwsche Milieufederatie, Wetterskip Fryslân, Waterschap Zeeuws Vlaanderen, I.H.E.