Bij het ontwerp dient rekening te worden gehouden met bijzondere belastingen die kunnen optreden als gevolg van bijvoorbeeld aanvaringen, explosies en drijvend vuil en ijs op de rivier. Ze zijn evenwel niet of nauwelijks in kwantitatieve zin te bepalen, vanwege de onbekendheid omtrent omvang, uitwerking en kans van voorkomen.
In kwalitatieve zin is er wel iets over op te merken.
Gevaar voor ijsgang of aanvaring, bijvoorbeeld door een uit het roer lopend of losgeslagen vaartuig, is er vooral in een buitenbocht van de rivier, wanneer de dijk daar geen of een diep onder water gelegen voorland heeft. Extra kwetsbaar zijn constructies als waterkerende muren en sluisdeuren. Uit ervaring is gebleken dat de schade aan een waterkering door aanvaring aanzienlijk kan zijn, waarbij niet alleen de bekleding maar ook het waterkerende grondlichaam zelf kan worden aangetast.
Explosies kunnen tot gevolg hebben dat daarvoor gevoelige grond geheel of gedeeltelijk verweekt. Kennis van en inzicht in dit verschijnsel zijn nog zeer beperkt. Met de mogelijkheid van explosies dient rekening te worden gehouden bij opslag - ook in schepen - van explosieve stoffen zoals munitie en explosieve gassen of vloeistoffen in de nabijheid van de waterkering.
Drijvend vuil zoals bomen en bielzen, en ijs kunnen de bekleding aantasten, vooral op plaatsen in de stroomschaduw van de rivier waar echter wel aanzienlijke golfaanval mogelijk is.
