Zoeken in deze site

Beplanting - Bestaande niet-waterkerende objecten in, op en nabij de dijk

De negatieve invloed van bomen is het grootst doordat ze kunnen omwaaien en ontwortelen, waarna snelle erosie tot bresvorming kan leiden. Bij beoor­deling staat dit mechanisme centraal; de boom wordt geacht bij ontworteling een gat te slaan met een diameter gelijk aan zijn kruindiameter en een diepte van I m. Daarnaast moet rekening worden gehouden met de invloed die wortels van bomen of struiken hebben op de toplaag: De toplaagdoorlatendheid kan onder andere door de aanwezigheid van afgestorven wortels groter warden hetgeen kan leiden tot verhoging van het freatisch vlak. Verder kan piping langs de wortels ontstaan. Tenslotte kan erosie van de veelal kale grand rand bomen en struiken optreden, maar die is nooit meer dan de ero­sie van de grond in een gat van een ontwortelde boom.

Hieronder is aangegeven welke stappen doorlopen moeten warden om de aanvaardbaarheid van bomen op en naast een dijk te kunnen beoordelen. Als bomen aanvaardbaar zijn, geldt hetzelfde voor struiken. In veel gevallen zal blijken dat bomen binnen het beoordelingsprofiel alleen aanvaardbaar zijn met voorzieningen buiten de bomen (zie hoofdstuk 5). waardoor het beoor­ delingsprofiel zodanig wijzigt, dat de bomen erbuiten komen te liggen.

stop I - beoordelingsproflel

Het eerste criterium geeft een beschouwing van het profiel van de dijk. Bevindt de wortelzone zich buiten het beoordelingsprofiel (zie paragraaf 3.4), dan levert de boom geen direct gevaar op voor de dijk. Wordt hier­ aan niet voldaan, dan moet nader worden ingegaan op de verschillende invloeden van bomen op waterkeringen. Deze zijn in stap 2 tot en met 6 aangegeven.

afbeelding_frombase64_0

Figuur I 0.·/ndeling in locoties van het dijkprofie/.

stop 2 - boomsoort

De volgende soorten bomen kunnen tot goede ontwikkeling komen op kleigronden en zijn redelijk bestand tegen wisselende grondwaterstanden en wortelrot: grauwe els, zilverspar, wilg, winter- en zomereik, populier, berk, es, esdoorn, haagbeuk, iep. Voor deze soorten overgaan naar stap (3), voor andere soorten naar het vakje uitzondering (stap 5).

stop 3 - gezondheid

Slechts vitale, gezonde bomen kunnen worden gehandhaafd. dit moet beoordeeld worden door een vitaliteitsonderzoek. Voor gezonde bomen doorgaan naar stap (4), waarbij onderscheid wordt gemaakt in de locatie (zie figuur I 0), in overige gevallen naar het vakje uitzondering (stap 5).

stop 4o - boom op buitentalud

Bij bomen op het buitentalud is ontworteling en andere aantasting van de kleibekleding in verband met erosieaspecten en verandering van water­ spanningen in de dijk zeer onwenselijk. Ook moet de invloed op de stabili­teit van het buitentalud worden nagegaan. Bomen kunnen slechts worden 61

gehandhaafd als aangetoond kan worden dat de stabiliteit niet nadelig wordt be'invloed, en aannemelijk kan worden gemaakt dat ontworteling niet kan plaatsvinden, of dat na ontworteling de reststerkte van het over­ blijvende kleipakket voldoende is om direct gevaar te voorkomen. In ande­re gevallen doorgaan naar het vakje uitzondering (stap 5).

stop 4b - boom op kruin

Bij bomen op de kruin zijn speciale voorzieningen nodig om te voorkomen dat bij maatgevende omstandigheden de kruinhoogte ontoelaatbaar afneemt of de erosiegevoeligheid toeneemt. Deze voorzieningen kunnen bestaan uit alternatieve constructies maar ook uit beheersmaatregelen.

Alleen als deze voorzieningen voldoende zijn om het beoordelingsprofiel in stand te houden kunnen bomen in de kruin gehandhaafd worden; in andere gevallen doorgaan naar het vakje uitzondering (stap 5).

stop 4c - boom op voorlond

Bij bomen op het voorland kan de intredeweerstand van het voorland ver­ minderen, waardoor de waterspanningen in de watervoerende pakketten hoger worden. Dit heeft gevolgen voor mogelijk opdrijven en stabiliteits­ verlies. Deze invloed moet bij de beoordeling worden meegenomen. Als

de boom binnen het invloedsgebied van het buitentalud komt moet ook de buitenwaartse stabiliteit nader beoordeeld worden. Is de invloed niet aan­ vaardbaar dan doorgaan naar het vakje uitzondering (stap 5).

stop 4d - boom op binnentolud

Voor bomen op het binnentalud geldt ten aanzien van erosie dat een over­ slag tot. 0.1 l/mjs maximaal toelaatbaar is. Ten aanzien van stabiliteit tegen afschuiven langs een ondiep glijvlak zijn geen problemen te verwachten als de marge boven de vereiste stabiliteitsfactor > o.i is; is deze marge kleiner dan moet de stabiliteit inclusiet ae mvloed van .:.J untwortelde boom nader

geanalyseerd worden. Voldoet de situatie niet, dan doorgaan naar het vakje uitzondering (stap 5).

stop 4e - boom op het ochterlond

Een boom op het achterland kan invloed hebben op het ontstaan van zand­ meevoerende wellen (piping). Binnen de invloedszone moet ook de invloed op de stabiliteit worden gecontroleerd, vooral als het om groepjes bomen gaat. Voldoet de situatie niet, dan doorgaan naar het vakje uitzondering (stap 5).

stop 5 - uitzondering

In gevallen waarbij met behulp van de voorgaande algemene regels in eer­ ste instantie geconstateerd wordt, dat een boom op een bepaalde plaats niet kan worden gehandhaafd, is er de mogelijkheid om bij uitzondering hiervan af te wijken. Eis hierbij is dat dit gebeurt op basis van een goed onderbouwde studie.

stop 6 - controle en beheer

Een aantal factoren die de veiligheid van de waterkering nadelig kunnen benvloeden, zijn door een goed beheer te minimaliseren. Het betreft voor­ al:

  • de aanwezigheid van dode wortels;

  • beschadiging door wortels;

  • aantasting door dieren;

  • beschadiging van het grasdek;

  • ziekte van een boom;

  • te grote afmeting of leeftijd van een boom.

Door in het ontwerp deze aspecten mee te nemen zijn problemen in het gebruiksstadium te voorkomen.

Bron

Handreiking Constructief Ontwerpen (L9)

Hoofdstuk
Bestaande niet-waterkerende objecten in, op en nabij de dijk
Auteur
Verruijt A., F.B.J. Barends, J. Dekker, W.G. Epema, W. de Haan, B.A.N. Koehorst, A. de Koning, D.C. van Ooijen, P. Spaan, R.J. Termaat, J.K. Vrijling
Organisatie auteur
Grondmechanica Delft
Opdrachtgever
Technische Adviescommissie voor de Waterkeringen
Verschijningsdatum
April 1994
PDF

Over versie 1.0: 29 juni 2018

Tekst is letterlijk overgenomen uit brondocument.